U rijdt de Wethouder G. Reinderstraat uit en vervolgt na het kruizen van de Oude Dijk in noordelijke richting over de Noordpolderweg richting Noordpolder. Op de T-kruizing slaat u rechtsaf, richting Noorpolderzijl. Deze weg de Noordpolder wordt later de Middendijk genoemd.
De Noordpolder is een buurtschap en 3500 hectare grote polder in Groningen. De polder, gelegen ten noorden van Pieterburen, Warffum en Usquert, is in 1811 ontstaan na de aanleg van de Noorderdijk over de rand van de toenmalige kwelder en is een van de grootste waddenpolders. Bij de inpoldering is een spuisluis aangelegd, Noordpolderzijl genaamd. Voor de inpoldering was de kwelder reeds lange tijd bewoond. Om zich in te dekken tegen extreem hoog water waren de toenmalige buitendijkse boerderijen op verhogingen (wierden) gebouwd. De grootste boerderij van de Noordpolder is Groot Zeewijk. Bij deze boerderij bevindt zich de oude begraafplaats van de familie Reinders, die hier toen woonde.Het Noordpolderkanaal is later aangelegd als vervoersmogelijkheid voor landbouwproducten. Het kanaal heeft een verbinding, het Polderdiep, met het Warffumermaar. In het Polderdiep ligt in de Middendijk de keersluis, de Wachter, die beter bekend is als Klief.
Op Middendijk neemt u na een flauwe bocht naar rechts en vervolgens naar links op de Y-kruising in de noordelijke richting de Zijlweg.
Om een stop te houden in het huiskamercafe Zielhoes in het bijzondere buurtschap Noordpolderzijl. Deze woning is de voormalige dienstwoning van de sluiswachter. De spuisluis is niet meer functionerend, maar de monumentale binnenzijde van de sluis is nog aanwezig. Een gemaal, dat ook Noordpolderzijl heet, heeft de functie van de sluis overgenomen. En als u op de meest noordelijk gelegen accommodatie wilt slapen kan dat in de zogenaamde Trekkershutten bij de haven van Noordpolderzijl.
Bij het verlaten van Noordpolderzijl rijdt u in zuidelijke richting de Zijlweg af. Op de kruising met Middenweg slaat u linksaf. Daarna slaat u op de tweede mogelijkheid weer linksaf, de Zijlsterweg op richting Usquert. U kruist dan wederom de N363 en slaat linksaf richting Uithuizen.
In de 19e eeuw nam de welvaart in Usquert sterk toe door de gestegen landbouwprijzen. Tijdens het Interbellum was de gemeente Usquert de gemeente waar relatief gezien de meest vermogende mensen van Nederland woonden. Dit uitte zich onder andere in de bouw van het Raadhuis van Usquert in 1930 naar ontwerp van Berlage. Het heeft een toren met twee klokken. Tijdens de bouw van de toren bleken de vormen niet aan de esthetische verwachtingen te voldoen. Dit probleem werd opgelost door de toren iets hoger te maken. De meerkosten werden door de aannemer begroot op fl. 1200,-. De Raad van de gemeente Usquert was niet bereid deze meerkosten te betalen, waarop Berlage dit bedrag uit eigen portemonnee beschikbaar stelde.
In de 20e eeuw was de gemeente Usquert, zowel voor als na de Tweede Wereldoorlog, een “rood bolwerk” van de sociaal-democratische partijen. In de jaren dertig kreeg de SDAP er in elke gemeenteraadsverkiezing meer dan 55% van de stemmen, in 1931 zelfs 65%. In Tweede Kamerverkiezingen deed de partij het even goed: 66% van de stemmen in de verkiezingen van 1925 en 1929, en ondanks concurrentie van de CDU en VDB nog steeds meer dan 50% in de jaren ’30. In iedere Tweede Kamerverkiezing na de oorlog tot de gemeente werd opgeheven in 1990 stemde minstens 58% van de kiezers in Usquert op de PvdA. Het hoogste resultaat (71%) behaalde de partij in de verkiezingen van 1956, maar een ander soort record werd gevestigd in 1972, toen er geen gemeente in Nederland was waar de PvdA het beter deed dan in Usquert.
In Uithuizen staat de de Menkemaborg, de best bewaarde borg in het Groninger landschap en de laatste die Uithuizen nog rijk is. Tegenwoordig is de borg een museum en geeft een beeld van het leven van de Groninger jonkers in de 17e en 18e eeuw. De bijbehorende tuin is opnieuw ingericht als een 18e-eeuwse Hollandse tuin. In de tuin bevindt zich een van de weinige originele doolhoven in Nederland. De Menkemaborg heeft twee kabinetorgels, beide uit de tweede helft van de 18e eeuw. Het kleinste is van de orgelbouwer Hendrik Hess (1735-1794) uit Gouda, het grotere is in 1777 gebouwd door Jan Jacob Vool en Hermanus Adolfus Groet te Amsterdam, met toevoegingen van Herman Eberhard Freytag uit 1844. Dit laatste, dat in 1935 door het Groninger Museum in de Menkemaborg is geplaatst, is het grootste nog bestaande kabinetorgel in Nederland. Beide instrumenten zijn in de 21e eeuw door Mense Ruiter gerestaureerd en speelbaar gemaakt. In het op het borgterrein gelegen schathuis is een restaurant gevestigd.
De Jacobskerk in Uithuizen uit de 13e eeuw is een van de best bewaard gebleven orgels Arp Schnitger, het Arp Schnitgermonument herinnert aan deze orgelbouwer. De Jacobus de Meerderekerk (1860) is de oudste neogotische kerk van Groningen.
wordt vervolgd